Secretaris-directeur Wouter Slob van Waterschap Zuiderzeeland neemt na vijf jaar afscheid van het Uitvoerend Overleg (UO) Datastromen. ‘Een periode van verwondering en bewondering’, zegt de data-ambassadeur. ‘De mensen in UO Datastromen zijn passievolle professionals.’

foto Wouter
Wouter Slob

Waterschappen zetten goede stappen om data openbaar beschikbaar te stellen, vindt Wouter Slob, scheidend voorzitter van het Uitvoerend Overleg Datastromen. Slob: ‘Maar we mogen niet zelfgenoegzaam en afwachtend zijn. We moeten onze data proactief blijven aanbieden. Waterschappen beschikken over veel informatie waar de omgeving baat bij kan hebben. We hebben de verplichting en verantwoordelijkheid om die data op een toegankelijke manier te delen.’

Secretaris-directeur Wouter Slob van Waterschap Zuiderzeeland is inmiddels een volleerd ambassadeur voor Datastromen. Hij beschouwt data niet als een ondergeschikt onderwerp, maar als ‘apart, primair proces’. En data wordt alleen maar belangrijker, voorspelt hij.

Frisse blik

Wouter neemt na vijf jaar afscheid van het Uitvoerend Overleg Datastromen, waarin hij zijn collega-directeuren en de Opdrachtgeverstafel (OGT) vertegenwoordigde. Hij verruilt het UO Datastromen op woensdagen voor de cao-onderhandelingstafel. Wouter: ‘Na vijf jaar wordt het ook tijd voor een frisse blik.’

Alice in Wonderland

Als voormalig gemeentesecretaris moest Wouter Slob wennen aan de watersector. ‘Ik voelde me in het begin Alice in Wonderland’, zegt hij. ‘Los van de oneindige afkortingen, verwonderde ik me hoeveel data de 21 waterschappen gebruiken. Vreemd genoeg werd dat niet vanzelfsprekend met elkaar gedeeld. We moesten elkaar aansporen een tandje bij te zetten.’ Met het Gegevensknooppunt Waterschappen als voorlopig mooi resultaat, vindt hij. Wouter: ‘Dat is echt gerealiseerd om met elkaar data kwalitatief op orde te brengen, te ontsluiten en te delen.’

Ambitie

Na de verwondering volgde bewondering voor het vakmanschap van de leden van het Uitvoerend Overleg en programmateam. ‘Het zijn allemaal passievolle professionals’, blikt Wouter terug op de samenwerking. ‘De projectleiders en medewerkers vanuit de waterschappen zijn echt kundige mensen. Kritisch en open naar hun omgeving om mee te denken en mee te doen. Altijd bezig om het nog beter te doen. Ik proefde daar altijd ambitie in. Het is een groep die autonoom, kritisch en kundig werkt aan een opgave waarin ze geloven. De samenwerking en gesprekken vond ik heel inspirerend.’

In de etalage

Technisch inhoudelijk liet Wouter het UO aan de deskundigen. Hij was de ‘linking pin’ naar de Opdrachtgeverstafel als er een besluit of toelichting werd gevraagd en probeerde ambassadeur te zijn voor Datastromen. Wouter: ‘We mogen ons werk in het algemeen meer in de etalage zetten; laten zien wat goed gaat. Daarin is UO Datastromen nog een beetje bescheiden; die ambassadeursrol probeerde ik te vervullen. We hebben vanuit Datastromen ook met andere UO’s kunnen afstemmen en vertellen hoe belangrijk het is om data eenduidig en van goede kwaliteit te hebben. De verbinding met andere UO’s is in gang gezet. Daar moet blijvend aandacht voor zijn.’

Leuk moment

Aan de ambassadeursfunctie heeft Wouter leuke herinneringen. Voor een introductiefilm(externe link) over het Gegevensknooppunt Waterschappen (GkW) werd hij gevraagd voor een interview. ‘Ik twijfelde eerst of ik de juiste persoon was voor het interview, maar ik wilde ervoor staan en ik kan er ook voor staan. Ik vond het eigenlijk heel leuk. Het heeft me geholpen om ambassadeur te zijn en ik ben er trots op dat ik dit voor het UO mocht doen. Nou bén ik ambassadeur, dacht ik.’

Lessen

Vanuit het UO Datastromen hield hij collega’s bij de les. Hij leerde ook voor zijn eigen organisatie, zegt Wouter. ‘Dan zag je op een lijstje dat Zuiderzeeland nog moest leveren. Het hielp om het belang om goede informatie te leveren ook naar onze organisatie te vertalen.’

Henk Kielenstijn, secretaris-directeur van Waterschap de Dommel volgt hem op in het UO Datastromen. Wat wenst hij zijn opvolger en het team Datastromen toe? Wouter: ‘Er is samen altijd hard gewerkt. Die goede samenwerking mag je ook wel eens belonen. Ik wens ze vooral een keer een dag om samen gewoon iets leuks te doen.’